E-mail is een toepassing van internet, waarbij gebruikers elkaar berichten kunnen sturen, zonder tegelijk online te zijn. Deze berichten worden op een mailserver bewaard tot de gebruiker erom vraagt. Deze mailserver kun je zien als postkantoor.

De mail komt binnen in een mailbox, prima te vergelijken met een postbus op een postkantoor. Je post wacht op je tot je deze ophaalt.

Er zijn twee soorten mailboxen voor inkomende e-mail: POP3 en IMAP.

POP3 (Post Office Protocol 3) is de meestgebruikte variant voor particulieren en bedrijven die met een programma als Outlook (Express), Eudora, Entourage of Mailsmith hun e-mail ophalen vanaf internet. Hun e-mail is daarna alleen nog te lezen vanaf de computer waarmee de berichten zijn opgehaald. Het voordeel van POP3 is dat je geen internetverbinding nodig hebt om je mail te lezen.

IMAP (Internet Message Access Protocol) is wat bijvoorbeeld bedrijven met een groot netwerk met een Exchange-server gebruiken. Met IMAP log je via een netwerkverbinding (internet of lokaal) in op de IMAP-server. In je mailprogramma zie je alle oude en nieuwe mailtjes, verzonden items en verwijderde items. Ook je contactpersonen staan netjes in een lijst. Het verschil met POP3 is echter dat je met IMAP ook vanaf een andere computer kunt inloggen op diezelfde server, en hetzelfde te zien krijgt.

SMTP (Simple Mail Transfer Protocol) hoort bij POP3, als route voor uitgaande post. Wanneer je in een e-mailprogramma een nieuw e-mailaccount instelt, wordt hierom gevraagd. Je moet dan vaak een adres invoeren in de trant van smtp.provider.nl (bijvoorbeeld smtp.xs4all.nl voor leden van XS4ALL, of smtp.zonnet.nl voor gebruikers van Zon Internet).