Sinds Mac OS X heeft je Mac een standaard gebruiker, onverwijderbaar en héél belangrijk: root. root Komt uit de UNIX-wereld en is de basisgebruiker van je computer, met de allerhoogste rechten voro het beheer ervan. Veel instellingen kun je uitsluitend naar wens aanpassen als je als root ingelogd bent. Het wachtwoord voor root heb je (als het goed is) tijdens het opzetten van Mac OS X ingevoerd. Als je vanuit Terminal zaken wilt regelen die eigenlijk alleen voor root bestemd zijn, dan gebruik je voor het uit te voeren commando het voorvoegsel sudo. Als je bijvoorbeeld het commando "installeerprogramma -X" zou willen uitvoeren, typ je in: sudo installeerprogramma -X Je krijgt dan de vraag of je even het wachtwoord van root in wil voeren, waarna je commando keurig wordt uitgevoerd. "sudo" Gebruik je met name als je even snel iets als root moet doen. Log vooral niet standaard als root in in Mac OS, want het risico dat je per ongeluk iets verpest is als root veel groter. Vergelijk het maar met een poging om een auto in te parkeren met 120 kilometer per uur...
|